Het kleine gebeuren
Er is natuurlijk niets gebeurd. Niets noemenswaardig. Niets dat het vertellen waard is. Ook niet dat ene, dat onbeduidende. Het heeft vrijwel niet plaatsgevonden en als ik het zou beschrijven zou elke lezer het als onbelangrijk duiden. Ik bedoel, dat het geen gevolg zal hebben maar dat het eigenlijk ook geen oorzaak had. Geen verband ook met andere gebeurtenissen, hoe klein ook. Nee het was werkelijk niets. Het was bijkans niemand opgevallen. Het was zelfs de vraag of iemand het had opgemerkt. Het duurde ook maar zo kort. Maar het gebeurde.
Van de ene gebeurtenis naar de andere. De e'e'n nog onnoemelijker dan de andere. Onnoemelijk in de zin van niet gestaafd zijnde. Zo en dus nog niet voor herhaling vatbaar. Immers gebeurtenissen gebouwd op meningen dienen te worden getoetst. Geijkt. Meningen zijn geen feiten. Meningen worden geuit om standpunten te bepalen en zijn derhalve onbetrouwbaar in de waarheidsvinding.
Zo lang de gebeurtenissen niet geijkt zijn, zijn ze niet noemenswaardig en kunnen derhalve worden genegeerd.
Het ter discussie stellen van een gebeurtenis is het begin van het waarheidszoeken, zo mogelijk het begin van het ijkproces van de gebeurtenis. Hoeveel is het gebeuren waar ten opzichte van de andere ware, namelijk geijkte gebeurtenissen? Alle geijkte gebeurtenissen vormen de basis voor het grote verhaal. Het verhaal dat iedereen wil horen, het verhaal dat verteld dient te worden.
Het grote verhaal. Het verhaal van het alles. Maar vooral het verhaal van het kleine in het grote verhaal.