De terugkeer van BEEN I

Inleiding

Natuurlijk zou iedereen die Been I heeft gekend willen dat hij terugkeert. Het magische gehalte van Been I is onweerstaanbaar. Maar niemand doet enige moeite te zoeken of zijn naam hoog te houden. De persoonlijke relatie met Been I is belangrijker dan het gemeenschappelijke.  

[Eerste schetsen, zonder correcties]

Grote draaier
De terugkeer is onvermijdelijk, het is voorzien. Menigeen had aan een terugkeer van Been I gedacht  en zij hadden gelijk gehad. Ieder had op eigen wijze de komst afgewacht. Er was immers veel om naar te verlangen en Been was er slechts een van. Een enkeling smeekte dagelijks om de terugkeer van BEEN, de volhouders, de aanbidders, en vooral hen die ooit staandebeens waren geweest.

Groeve van de groote draaier
Het leidt geen twijfel. Been is terug. Het is gezien, waargenomen, vastgelegd en gedocumenteerd. De term 'Beendracht maakt macht', maakt weer opgang onder de jongeren. Maar de volgers van het eerste uur behielden zich van deze uitspraak, omdat eerst maar eens aangezien moest worden hoeveel macht Been I nog zou hebben of verkrijgen.

Dijbeenhoofd
De leegte die Been I weer vult is onmeetbaar. Niet alleen omdat deze voor ieder verschilt, of dat deze te groot voor maten zou zijn, neen, omdat er geen eenheid voor bestaat.

Dijbeenhals
Niet iedereen is verheugd met de terugkeer. De machthebbers hadden gewild dat hij was weggebleven. De ooit zo stille aftocht van Been I was hen welgevallig geweest. Want het been in de zwart gelakte schoen, de stakke pantalonpijp opgehouden met bretels, de zwarte zijde sok met streepje, de sokophouder, het had hen beangstigd. 

Tusschendraaierskam
De identiteit Been I lijkt de draad weer op te pikken. Op een groot plein, in een grote stad, maakt hij zijn opwachting. De schoen tikt ongeduldig op de tegels. Er zijn blikken van herkenning. Men herinnert zich Been, maar kan hem moeilijk plaatsen. Het is lang geleden dat Been macht en aanzien had. Het loopt nog niet storm.

Kleine draaier
Het gerucht dat Been I is teruggekeerd verplaatst zich langzaam, slechts een enkeling kan het over de lippen krijgen: 'been is terug'. Hij ontmoet vragende gezicht: been? Het is alsof het been uit de collectieve herinnering is weggevaagd, in werkelijkheid gebeurde er veel dat de aandacht waard was, en de vage herinnering aan been was ver weggestopt om de aandacht elders te kunnen verdelen. De schim van Been zou langzaam helder worden, meer gefocust.

Kamspierlijn
Met de terugkomst van Been keert ook de jacht op de positie 'Staandebeens met derde Been' terug. En hoewel iedereen weet dat deze positie zeer moeilijk te verkrijgen is, worden toch pogingen ondernomen. Men komt niet ver, want het is onmogelijk te weten wat de condities zijn. De voorwaarden aan welke je dient te voldoen om 'Staandebeens' te geraken, zijn al ingewikkeld genoeg, laat staan de voorwaarden het aanhangsel 'met derde Been' te verkrijgen.

Bilspierruwheid
Kortom Been is terug en het zal niet lang duren of hij vult weer volle zalen. Voor die tijd zal hij orde op zaken moeten stellen. Er is veel veranderd in zijn afwezigheid. De zwarte pantalon is uit de tijd en sokophouders draagt men niet meer.

Laterale vlakte
Natuurlijk gaat Been I weer in kringen verkeren. Hij maakt zich nuttig door de mensen bij te staan, loopt met ze op, stapt en danst en schopt, nu en dan, als het nodig is.

Als Been I bij een feestje binnenstapt verandert de samenstelling van de lucht, dan trillen de speakers en smaakt elke biertje anders, de lucht wordt zwoel en zwanger, totdat been op de dansvloer stapt, want dan breekt de spanning en een koele bries verluchtigt de sfeer en iedereen danst, zelfs de meest verstokten. 

Mediale vlakte
Ondanks alles, is men blij Been te zien. Het verraad, velen waren niet vergeten dat Been hen zomaar had laten zitten, met de stille trom was hij vertrokken en hij had hen in wanhoop achtergelaten. 

Buitenste lid
Als geen ander weet Been I de mensen te bespelen. Hij raakt de juiste snaar en bespeelt deze met een handigheid die weinigen gegeven is. Hij herinnert hen aan tijden die weliswaar vervlogen zijn, maar die nog wel in de genen verborgen zitten. Een gestrekt been of een in de knie gebogen been met het onderbeen binnenwaarts gerold. En zo men weet over het eigen been, zo weet men ook van Been I.

X-vormig dijbeenslijn
Been I hoeft eigenlijk niet te worden uitgelegd. Been I is alles dat is. Alles wat men hem wil laten zijn is hij. Dat klinkt ingewikkeld maar is werkelijk heel eenvoudig. Been I loopt aan en is tot steun. Been I kan een prima balletje trappen. Schuifelt, stoot, hakt of kriebelt. Als het moet kan hij zelfs met de tenen schilderen. Schrijven echter kan hij niet, nee dat niet. Been is maar een been.

Binnenste lip
Ambitieus is Been niet. Veelal begeeft hij zich in kringen. Nu en dan steekt hij zijn nek uit, maar altijd keert hij terug in dezelfde positie: staandebeens als Derdebeen.

Kniekuilsvlakte
Uiteindelijk is de keuze aan Been I. Een eenzaam bestaan of opgaan in de gemeenschap. Eendacht maakt macht.

Binnenste knobbelBuitenste knobbel
Tusschenknokkellijn
Tusschenknokkel groeve
Knieschijf
Scheenbeen
Scheenbeensknobbel
Tusschenbeenkam
Voorstekam
Kuitbeen
Kuitbeenhoofdje
Kootbeen
Binnenenkel
Buitenenkel
Wiggebeen
Scheepvormig hielbeen
Binnenste hielknobbel
Middenvoetsbeenderen
Teenkootje