Al het mogelijke leven: hoofdstuk 1
Hij wordt wakker in een leeg bed, vanuit de tuin hoort hij het gekwetter van vogels, uit het huis klinkt muziek; iemand zit te improviseren op een piano. In de verte klinkt een sirene. Hij smakt met zijn lippen en komt moeizaam overeind en wrijft over zijn hoofd. Heeft de nacht zo lang geduurd? Langzaam komt hij bij zijn positieven; de kamer is te wit, hij had lang geleden de kleur moeten veranderen, iets zachter, zalm, met rode accenten. De muren schitteren hem tegemoet, het felle zonlicht verblindt hem. De witte lakens op zijn bed lijken licht te geven.
Als de warme stralen van de douche over zijn rug lopen wordt hij werkelijk wakker, hij neemt de douchekop van de haak en richt de sterke straal op zijn eikel. Hij legt zijn hoofd in zijn nek en spreidt zijn benen. Langzaam vult zijn lid zich met bloed, hij kreunt en laat de straal over zijn lul gaan, tegen zijn ballen. Hij hurkt en gaat op de straal zitten. Als zijn lid stijf tegen zijn buik tikt, neemt hij het in beide handen en streelt het, met spuug bevochtigt hij zijn eikel en laat de voorhuid glijden.
Voor hij de climax voelt komen, houdt hij zich in; hij verjaagt de lichte extase met een ruwe handdoek, hij wrijft zijn lichaam droog, terwijl hij in de spiegel naar zijn oude lichaam kijkt, hij trekt zijn buik in, spant zijn billen en recht zijn schouders. Als hij de slaapkamer in loopt, zucht hij en betast met beide handen zijn buik. Verdomme, weer vergeten te schijten voor het douchen, nu zal ik de hele dag de bruine strepen rond zijn billen voelen, hoe hard ik ook veeg. Weer kijkt hij in de spiegel. Hij ziet zichzelf staan en bekijkt aandachtig de plooien rond zijn buik, zijn lul is weer tot rust gekomen, maar in zijn zak voelt hij zijn ballen draaien. Even houdt hij ze vast.
Nog altijd naakt loopt hij de gang op. De muziek is gestopt, wel hoort hij rumoer uit de keuken komen, de geur van koffie komt hem tegemoet. Een vrouw staat eieren te bakken. Hij kijkt naar haar benen en naar haar billen die in haar korte zomerjurkje mooi uitkomen.
Om zijn opwinding te temperen, zoekt hij verkoeling in de koelkast. Met een glas vruchtensap gaat hij achter haar staan, ze lacht en kijkt over haar schouder naar hem.
“Ben je al wakker? Ik wilde je net wakker komen maken.”
“Ik ben nog niet helemaal wakker, ik kan zo weer terug” zegt hij schamper.
De vrouw duwt hem weg en zet de pan op tafel.
“Ja, ja, zo ken ik je weer”
Voor hij gaat zitten, kijkt hij nog even naar haar dijen, naar de aanzet van haar volle borsten en kijkt haar dan lachend aan. Ze eten zwijgend.
Ze is veel te jong voor hem, haar onbeschreven lichaam is te mooi en onschuldig om echt te zijn; ze belichaamt de droom van elke man, extreem mooi en levenslustig, ze neemt initiatief, is uitdagend en timide tegelijk, zowel uitbundig geil als kinderlijk onschuldig. Waarom is ze gebleven?
Als ze voorovergebogen de afwasmachine inruimt, ziet hij tussen haar billen iets glinsteren. Zijn lichaam reageert in alle hevigheid, hij voelt zijn balzak samentrekken en zijn lid vult zich met vers bloed. Hij weet dat zij weet dat hij kijkt. Als versteend staat hij in de deuropening. Ze kijkt verstoord naar hem.
“Is er iets?”
Hij kan zich niet bewegen en het lijkt alsof zijn tong is vastgenaaid aan zijn lippen. Met wijd open ogen staart naar haar lichaam. Zij kijkt vertederd naar zijn staande lid.
“Heb je plannen?”
Als hij niet reageert draait ze zich van hem weg en ruimt rustig de keuken op. In zijn hoofd spelen zich wilde taferelen af: ze danst verleidelijk tussen de pannen, hurkt voor hem, spreidt haar benen voor hem en kijkt als een onschuldig meisje, ze pruilt en ze kirt.
Zijn lichaam begint zachtjes te trillen; eerst voelt hij de spanning in zijn benen, korte onregelmatige schokjes, dan wankelt hij en zijn lichaam begint in alle hevigheid te schokken. Zijn lid slaat hard tegen zijn buik. Zo snel als het opkomt, verdwijnt het ook weer.
Als hij gekalmeerd is en terugkeert naar de keuken is ze weg. Hij drinkt zijn koffie terwijl hij door zijn telefoon scrolt; hij scant de mail, opent een veilige browser en typt een willekeurige vrouwennaam in. Al snel bevindt hij zich op een pornosite, waar hij snel en behendig de meest vunzige plaatjes en video’s aan zich voorbij laat gaan. Maar hij voelt niets; de beelden zijn onbeduidend en troosteloos. Hij checkt nog wat sociale media en nieuwssites ter compensatie.
Op de veranda rookt hij bedachtzaam een sigaret. Zijn naaktheid is nog onzichtbaar omdat de meeste buren nog slapen. Hij krabt zijn ballen en moet onbedaarlijk hoesten. Hij rochelt wat op, dat hij vervolgens inslikt. Ze zou zijn muze kunnen zijn, een ‘soulmate’, zijn pornoster, zijn vrouw, zijn minnares, zijn meisje. Ik wil haar. Heeft ze haar telefoonnummer achtergelaten? Hij kan zich niet voorstellen dat ze lang bij hem zal blijven. Hij moet schijten.